Dit is enkel nog van toepassing op vreemde kinderen onder de twaalf jaar.
Voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar kunnen geen identiteitsbewijzen meer worden afgeleverd, doordat alle gemeenten sedert 4 januari 2010 zijn overgeschakeld naar het elektronisch identiteitsdocument voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar (de ‘Kids-ID’). De aan de Belgische kinderen afgeleverde identiteitsbewijzen blijven echter geldig tot de vermelde vervaldatum.
-
Wat is het verschil tussen «het identiteitsstuk» en «het identiteitsbewijs» voor kinderen onder de 12 jaar ?
De identiteitsstukken en –bewijzen voor kinderen onder de 12 jaar worden voorzien door het koninklijk besluit van 10 december 1996 (Belgisch Staatsblad van 20 december 1996).
Het identiteitsstuk wordt ambtshalve en gratis uitgereikt door het gemeentebestuur aan elk kind onder de 12 jaar, bij zijn eerste inschrijving in de bevolkingsregisters of in het wachtregister.
Dit document, dat het bewijs van inschrijving in de registers levert, wordt afgegeven aan de persoon of aan de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen over het kind, ten laatste de maand die volgt op de inschrijving.
Het identiteitsbewijs wordt uitgereikt op verzoek van de persoon of de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen over het kind onder de 12 jaar.
Dit document kan worden verkregen in de gemeente waar het kind op het ogenblik van het verzoek in de registers is ingeschreven, voor een maximumprijs van 1,24 EUR.
-
Waartoe dienen deze documenten ?
Het identiteitsstuk en vooral het identiteitsbewijs (dat een foto bevat) vormen officiële identiteitsdocumenten die een snelle identificatie van de kinderen onder de 12 jaar mogelijk moeten maken, zowel binnen als buiten het grondgebied van het Rijk.
Bovendien past de reglementering van het identiteitsbewijs voor kinderen onder de 12 jaar dat, naast de identificatiegegevens en de foto, vermeldingen bevat betreffende de identiteit van de persoon die in geval van nood dient te worden gewaarschuwd, evenals veiligheidsaanbevelingen, in het kader van een geheel van maatregelen gericht op een betere garantie van de veiligheid van jonge kinderen.
Zowel het identiteitsstuk als het identiteitsbewijs zijn unieke documenten; men kan dus niet tegelijkertijd en voor hetzelfde kind meerdere geldige identiteitsstukken of – bewijzen uitreiken.
-
Hoe ziet het identiteitsstuk en het identiteitsbewijs eruit en welke elementen moeten er op deze documenten staan ?
Het identiteitsstuk bestaat uit een wit karton dat in een plastic zakje wordt gestoken dat met een lint om de hals van het kind wordt gehangen. Naast een nummer bestaande uit het jaartal in twee cijfers en een nummer van vier cijfers dat door de gemeente wordt toegekend (bijvoorbeeld: 990004), worden de volgende gegevens erop vermeld:
Op de voorzijde:
- de naam en voornamen
- de geboorteplaats en -datum
- de nationaliteit
- de gemeente van afgifte en het register van inschrijving (bevolkingsregister, vreemdelingenregister of wachtregister).
Op de keerzijde:
- de plaats en datum van afgifte
- de handtekening van de ambtenaar van de burgerlijke stand of van zijn gemachtigde
- het zegel van de gemeente dat verplicht aangebracht wordt door middel van een droogstempel.
De persoonsgegevens die op het identiteitsstuk staan, worden gedrukt volgens de keuze van de persoon of de personen die het ouderlijke gezag uitoefenen over het kind, in het Nederlands, het Frans of het Duits (zie de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken).
Deze gegevens worden ingevuld met een schrijfmachine of een printer.
Het identiteitsbewijs is een wit document onder de vorm van een tweeluik. Het wordt ofwel bedekt met een plastic laagje, ofwel in een plastic zakje gestoken dat aan drie zijden gesloten is.
De volgende gegevens worden erop vermeld:
Op de voorzijde:
- voorgedrukte gegevens (Koninkrijk België, gemeente …,
- identiteitsbewijs voor kind onder de 12 jaar)
- de foto
- het gemeentezegel verplicht aangebracht door middel van een droogstempel en gedeeltelijk op de foto
- de gemeente en de datum van uitreiking
- de datum waarop het document vervalt (datum van uitreiking + maximum 2 jaar min een dag)
- de handtekening van de ambtenaar van de burgerlijke stand of van zijn gemachtigde.
Op de keerzijde:
- het nummer bestaande uit het jaartal in twee cijfers en een nummer van vier cijfers toegekend door de gemeente
- de naam en voornamen
- de identiteit van de ouders
- de nationaliteit
- de geboorteplaats en -datum
- het adres (straat en nummer)
- het register van inschrijving (bevolkingsregister, vreemdelingenregister of wachtregister)
- de naam en het adres van de persoon die in dringende gevallen moet worden gewaarschuwd, evenals de telefoonnummers
- veiligheidsaanbevelingen.
-
Wanneer moet men het identiteitsstuk laten veranderen ?
Het identiteitsstuk wordt bewaard totdat het kind de leeftijd van 12 jaar bereikt heeft, vanaf wanneer een identiteitskaart wordt uitgereikt door de gemeente van de hoofdverblijfplaats. Het identiteitsstuk wordt dus niet vernieuwd wanneer het kind naar een andere gemeente verhuist.
Het kan echter vernieuwd worden in geval van verlies of beschadiging. Dit nieuw identiteitsstuk wordt dan uitgereikt door de gemeente in de registers waarvan het kind ingeschreven is op het ogenblik van het verlies of de beschadiging.
In geval van wijziging van naam, voornaam of nationaliteit van het kind onder de 12 jaar, moet er daarentegen een nieuw identiteitsstuk worden opgesteld door de gemeente waar het kind is ingeschreven op het ogenblik dat deze wijzigingen van kracht worden.
In geval van vernieuwing van het identiteitsstuk, mag de gemeente een bedrag van hoogstens 1,24 EUR vorderen.
-
Welke is de geldigheid van het identiteitsbewijs ?
Het identiteitsbewijs heeft een beperkte geldigheidsduur van maximum twee jaar vanaf de afgifte ervan. De vervaldatum die vermeld wordt op het document, mag de datum waarop het kind de leeftijd van 12 jaar bereikt niet overschrijden.
Wat de kinderen onder de 12 jaar betreft die ingeschreven zijn in het vreemdelingenregister of in het wachtregister, mag de geldigheidsduur van het identiteitsbewijs op hun naam die van de verblijfsvergunning uitgereikt aan hun wettelijke vertegenwoordiger niet overschrijden.
-
In welke gevallen is het identiteitsbewijs vervallen ?
Het identiteitsbewijs is vervallen :
- na verloop van zijn geldigheidsduur (in principe na 2 jaar);
- in geval van verandering van verblijfplaats of adres;
- in geval van verandering van naam, voornaam of nationaliteit.
In deze gevallen zal, op verzoek van de persoon of de personen die het ouderlijke gezag over het kind uitoefenen, een nieuw identiteitsbewijs met een geldigheidsduur van twee jaar opgemaakt worden.
-
Waarom is de aanwezigheid van het kind vereist bij de afgifte van een identiteitsbewijs ?
De aanwezigheid van het kind bij de afgifte van een bewijs is verplicht, aangezien het gaat om een veiligheidsmaatregel die het voor de gemeentebediende mogelijk moet maken de gelijkenis van de foto en het uiterlijk van het kind te controleren.